“Nou, het is wel makkelijk als je alles onder één dak hebt natuurlijk. Met één plan en één regisseur.”

De dame van het wijkteam keek me wijs aan. Ik knikte haar toe, maar eigenlijk wilde ik diep zuchten.

 

Mooie leus

Het is natuurlijk een prachtige leus: één gezin, één plan, één regisseur.

Hij werd populair door al die hulpverlening die versplinterd is geraakt, de dramaverhalen van mensen die tig hulpverleners hebben die van elkaars bestaan niet eens af weten. Schrijnend is het.

Het is fantastisch als er één iemand is die het overzicht heeft en die er voor zorgt dat iedereen van elkaar weet waar hij mee bezig is.

 

Alleen werkt het in de meeste gevallen voor geen meter. Mijn gezin bijvoorbeeld is geen probleemgezin. Alles moet ik los regelen en voor veel dingen die ik nodig vind moet ik gewoon keurig zelf betalen – niks ondersteuning. Is niet erg, doe ik met liefde. Alles vor ’t jong, zoals we in Brabant zeggen.

 

Deze dame had een mooie leus, maar de dingen waar ik ondersteuning voor zocht waren wel erg divers. Hulp bij identiteitsontwikkeling, uitleg van sociale regels, psychomotorische therapie, hulp bij prikkelverwerking, hulp bij planning en structurering – oh, en voorbereiding op het kunnen functioneren in een groep. Knappe jongen die dat onder één dak weet te brengen.

 

Geen diagnose meer

Sommige kinderen – het zijn er niet een heleboel, trouwens, maar ze bestaan – raken op een gegeven moment hun diagnose ‘autisme’ kwijt. Daar is onderzoek naar gedaan. En nee, dat was dus niet omdat die kinderen een verkeerde diagnose hadden gekregen. Ze vielen écht niet meer in het autistisch spectrum.

Ik vond dat fascinerend, want hoe zeer mijn kinderen ook gewoon zichzelf mogen zijn en goed zijn zoals ze zijn – ik zie ze worstelen. Ik zou ze een hoop willen besparen. Hun leven zou echt veel fijner zijn als ze niet zo snel overprikkeld waren, als ze gemakkelijker vriendschappen konden opbouwen, als ze begrepen wat ze voelden.

Wie mijn e-book gelezen heeft, weet dat ik die onderzoeken doorgeplozen heb en op een rij heb gezet wat er nou anders was in de gezinnen van die kinderen die hun diagnose kwijt raakten. Eén er van is dat de ouders een ontwikkelplan hadden voor hun kind, en daar strak op stuurden.

 

Ontwikkelplan

Nou ben ik niet georganiseerd geboren (verre van zelfs), maar ik heb het mezelf wel aangeleerd. Ik vind houvast in plannen en maakte vroeger zelfs een draaiboek voor de kinderfeestjes. (Nee, geen grapje. En ja, ik weet het, beetje overdreven. Sue me.)

Dus ik heb vanaf het begin een ontwikkelplan gemaakt voor mijn kinderen. En plan waarin ik per onderdeel heb opgeschreven wat ik voor mijn kind zou willen en wat daar voor nodig is. En dat hielp! Want ik had overzicht. En dat maakte weer dat het véél makkelijker praten was met alle begeleiders, die allemaal een beetje hielpen bij de ontwikkeling van mijn kind.

 

Nou vraag je je misschien af hoe dat er dan uit ziet. Tja, dat is dus afhankelijk van je kind.

Met de ouders waar ik mee werk begin ik altijd met een einddoel. De ouders dromen dan van hoe zij willen dat de toekomst van hun kind er uit ziet. Uitgangspunt is altijd het geluk van het kind: wat zorgt er nou voor dat hij later een gelukkig mens zal zijn, die helemaal op zijn plek zit?

 

Samen delen we dan die droom op in een aantal verschillende onderdelen die wat dichter bij het ‘nu’ liggen maar die wel bij dragen aan die droom. Dat is bijvoorbeeld school, vriendschappen, lichamelijke ontwikkeling, zelfbeeld, motoriek, emoties, prikkels et cetera. Dat delen we dan weer op in ontwikkeldoelen per onderdeel. En daar zetten we dan weer bij wat de juiste manier is voor dit specifieke kind om daar te komen.

Want ieder kind heeft wat anders nodig. (Daarom maken we helemaal in het begin van een traject ook een complete ontwikkel- en breinanalyse. Dan weet je wat er nodig is!)

Vanuit zo’n plan kun je dan de juiste hulp bij elkaar gaan zoeken. Dat geeft houvast, ook al verandert het plan per jaar. Je weet wat het is dat je wenst voor je kind.

 

Eén gezin…

Want wie weet er nu beter wat mijn kind nodig heeft dan ik? Wie zal er altijd zijn, wie houdt er van hem wat er ook gebeurt? Juist.

In die zin had de dame van het wijkteam wel gelijk. Het is goed om te werken met één gezin, één plan, één regisseur. Mijn gezin, mijn plan, en ik als regisseur.

 

Ben je het ook beu om te ‘zwemmen’ en wil je ook een plan maken voor je kind? In mijn jaarprogramma maak je niet alleen een plan, maar je krijgt zó verschrikkelijk veel kennis, tips en houvast dat je nooit meer hoeft te twijfelen dat je het juiste doet voor je kind. Boek een 30-minuten-sessie in voor meer informatie of om te kijken of er een klik is.